Weerbaarheid vraagt om leiderschap:

Ahmed Aboutaleb over vertrouwen en bruggen bouwen

Ahmed Aboutaleb, oud burgermeester Rotterdam

Take-outs:

  • Weerbaarheid begint bij leiderschap Niet systemen of spullen, maar karaktervol en soms onorthodox leiderschap vormt de basis voor weerbaarheid en voorbereiding op crisissituaties.
  • Voorbereiden betekent handelen vóór een crisis Neem actie op kwetsbaarheden voordat het misgaat, niet pas achteraf. Regels mogen niet verlammen; uitleggen waarom je iets doet, is minstens zo belangrijk als het volgen van de regels.
  • Vertrouwen vereist eerlijkheid Leiders moeten transparant zijn, ook over wat níét lukt. Liegen of de waarheid verdraaien, schaadt het vertrouwen blijvend.
  • Voel de pijn van anderen Goed leiderschap vraagt om het voelen van de pijn van anderen. Emotie en verantwoordelijkheid tonen, zelfs als het niet je verantwoordelijkheid is.
  • Bestuurders moeten bruggenbouwers zijn In een tijd van polarisatie roept Aboutaleb het bedrijfsleven op om meer maatschappelijke verantwoordelijkheid te tonen en actief bij te dragen aan samenhang.
Meer video's van Ahmed >
Volledig artikel, lees in 5 min.

Weerbaarheid vraagt om leiderschap:

Ahmed Aboutaleb over vertrouwen en bruggen bouwen

Wat betekent het om werkelijk voorbereid te zijn? Voor Ahmed Aboutaleb, voormalig burgemeester van Rotterdam, is het antwoord helder: weerbaarheid begint niet bij spullen of systemen, maar bij leiderschap. Leiderschap dat eerlijk is, duidelijkheid geeft én soms onorthodox is.

In een tijd van digitale kwetsbaarheid, maatschappelijke polarisatie en sluimerende onzekerheden is zijn boodschap helder: weerbaarheid vraagt om keuzes die verdergaan dan de regels. Het vraagt om het tonen van karakter.

Weerbaarheid is geen schijnzekerheid

“Resilience, zoals de Engelsen het noemen, is een beter woord dan weerbaarheid,” stelt Aboutaleb. “Het gaat niet om dingen voorkomen, maar om voorbereid zijn op wat je kán overkomen.”

En er kan ons een hoop overkomen volgens Aboutaleb. Dat hebben we grotendeels aan onszelf te danken. Hij is kritisch op de doorgeslagen digitalisering: “Van stuwdammen die niet meer handmatig te bedienen zijn tot energiecentrales die aan internet zijn gekoppeld en een voedselketen met tientallen digitale schakels. Waarom hebben we de analoge alternatieven opgegeven?” vraagt hij zich af. “Als het internet plat ligt of de stroom uitvalt, dan houdt het land gewoon op met draaien.”

Weerbaarheid is geen modewoord, stelt Aboutaleb, maar een houding. “De spullen krijgen we wel op orde. Maar hoe zit het met de mensen? Tijdens de coronacrisis was voldoende medisch personeel juist de grootste uitdaging.”

Voor Aboutaleb begint echte weerbaarheid bij het onder ogen zien van kwetsbaarheden. Daar moet je iets mee doen, ruim voordat een crisis zich aandient. “We hebben na de coronacrisis in Rotterdam een plan gemaakt voor weerbaarheid. Het ligt nu ergens onder in een la in Den Haag, wegens gebrek aan budget. Dat is geen leiderschap.”

“Het gaat niet om dingen voor­komen, maar om voorbereid zijn op wat je kán overkomen”

Uitleggen waarom je iets doet, is net zo goed als voldoen aan bepaalde regels

Voor Aboutaleb is voorbereiding op onvoorziene omstandigheden een belangrijk onderdeel van weerbaarheid. Dat vraagt om leiderschap. “Ik investeerde in vredestijd al in cameratoezicht, ondanks kritiek uit de lokale politiek. Na de avondklokrellen in Rotterdam was iedereen blij dat we de relschoppers konden identificeren.”

Na diezelfde rellen wilde hij direct geld geven aan gedupeerde ondernemers. Hun winkels waren vernield en geplunderd. “Het ging om ongeveer tien ondernemers, maar het kon niet. Er moest eerst een regeling komen via bestaande wet- en regelgeving. Dat zou maanden duren. Na veel duwen en dreigen kon het toch.” Het laat volgens Aboutaleb zien dat bestaande regels niet volstaan tijdens een crisis. “Uitleggen waarom je iets doet, is net zo goed als voldoen aan bepaalde regels.”

Ook tijdens corona nam Aboutaleb beslissingen die weerstand opriepen, zoals het tijdelijk opschorten van het recht om te vergaderen en het inzetten van mobiele camera’s om groepsvorming te voorkomen. Hij kreeg klachten van privacywaakhonden. Zijn reactie: “Ik doe dit uit zorgzaamheid, ik doe dit niet om te controleren. Je moet dingen doen die niet alledaags zijn.” Juist op zulke momenten, zegt hij, moet je leiderschap tonen. “Vertrouwen dat je het juiste doet, is essentieel. En dat vertrouwen verdien je door uit te leggen waarom je het doet.”

Eerlijkheid bouwt vertrouwen

Een tweede fundament van weerbaarheid is vertrouwen. Dat begint met eerlijk zijn, ook over wat níet lukt.

Aboutaleb noemt het voorbeeld van de mondkapjes: “Dat we die in Nederand moesten dragen, hebben jullie mede aan mij te danken.” Hij legt uit: “Overal werd het belang van mondkapjes onderschreven, maar niet in Nederland. De reden was simpel: we hadden ze niet. En dus zeiden we dat ze niet werkten. In plaats van het eerlijke verhaal te vertellen, werd er een uitweg gezocht.” Dat is volgens Aboutaleb funest. “Vertrouwen in leiderschap ontstaat niet door mooie praatjes, maar door oprechte communicatie. Eerlijkheid is sterker dan perfectie.”

“Vertrouwen dat je het juiste doet, is essentieel. En dat vertrouwen verdien je door uit te leggen waarom je het doet”

Weerbaarheid betekent: de pijn van de ander voelen

“Je kunt pas goede beslissingen nemen als je de pijn van een ander voelt,” haalt Aboutaleb de uitspraak van een Amerikaanse politicus aan. Die empathie vormt volgens hem het hart van weerbaar leiderschap. Het verklaart waarom hij na de moord op Theo van Gogh, toen nog als wethouder in Amsterdam, publiekelijk het woord nam. “Ik was formeel niet verantwoordelijk, maar ik voelde me verantwoordelijk.”

Ook na de aanslag op het Parijse Charlie Hebdo sprak hij zich fel uit: “Als je het hier niet ziet zitten, rot dan op.” Dit was niet voorbereid, maar een oprechte, emotionele reactie. “Het was therapie. Niet alleen voor mij. Mensen herkenden zich erin. Ze dachten: mijn pijn wordt eindelijk gevoeld en benoemd.”

Weerbaar leiderschap is volgens Aboutaleb ook durven spreken, juist als het schuurt. Niet alleen naar de buitenwereld, maar ook richting je eigen achterban.

Bedrijven: spreek je uit, wees een brug

Aboutaleb is uitgesproken in zijn oproep aan het Nederlandse bedrijfsleven. “Ik koester momenten van nationale consensus, zoals met het Akkoord van Wassenaar in 1982. Toen stonden werkgevers en werknemers samen voor het algemeen belang.”

Vandaag ziet hij vooral belangenbehartiging voor het eigen aandeel. “Er is geen collectieve koers. Geen horizon. Het bedrijfsleven móet zich mobiliseren. Het is de motor van onze economie. Spreek je uit. Wend je invloed aan. En maak die invloed groter in Den Haag.”

De stilte baart hem zorgen. “Waar is het bedrijfsleven?” vraagt hij zich hardop af. “We leven in een tijd van verdeeldheid, van groeiende extremen. Juist dan hebben we bruggenbouwers nodig.”

Meer dan ooit hebben we volgens hem bruggen nodig: tussen boeren en burgers, tussen jongeren en ouderen, tussen politiek en praktijk. “Bedrijven kunnen die brug zijn. Maar dan moeten ze wel opstaan.”

Een oproep tot moreel leiderschap

Voor Aboutaleb vraagt weerbaarheid niet alleen om beleidsmaatregelen, maar om een diepere vorm van leiderschap. Geen machtspolitiek, maar moreel gezag. Hij haalt Mandela en Gandhi aan als voorbeelden. Die eerste weerstond de roep van een deel van het volk om de oude machthebbers te straffen. “Gandhi’s wapen was vasten. Dat is leiderschap: bereid zijn persoonlijk iets te doen om het systeem in beweging te brengen.”

Uiteindelijk, zegt Aboutaleb, is weerbaarheid de optelsom van eerlijkheid, voorbereiding en empathie. Niet de afwezigheid van conflict, maar het vermogen om het hoofd te bieden aan onrust. Met menselijke waardigheid en moedige keuzes.

“Wij komen om in het geld,” besluit hij, “en toch praten we onszelf een depressie aan. We kunnen veel. Maar dan moeten we wel durven organiseren. En durven leiden.”

Logo De Kamer